top of page

VERHALEN


Toen keerden zij van de berg, die de Olijfberg heet, naar Jeruzalem terug.

Deze ligt dichtbij Jeruzalem op sabbatsafstand. 

Daar aangekomen gingen zij naar de bovenzaal waar ze verblijf hielden:

Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeus en Matteüs,

Jakobus, zoon van Alfeüs, Simon de IJveraar en Judas, de broer van Jakobus. 

Zij allen bleven eensgezind volharden in gebed samen met de vrouwen,

met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broeders.

 

Handelingen 1, 12-14 

 

Toen de dag van Pinksteren aanbrak waren allen bijeen op dezelfde plaats.

Plotseling kwam uit de hemel een gedruis alsof er een hevige wind opstak

en heel het huis waar zij gezeten waren was er vol van.

Er verscheen hun iets dat op vuur geleek en dat zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen neerzette.

Zij werden allen vervuld van de heilige Geest en zij begonnen te spreken in vreemde talen,

naargelang de Geest hun te vertolken gaf.

Nu woonden er in Jeruzalem Joden, vrome mannen die afkomstig waren uit alle volkeren onder de hemel.

Toen dat geluid ontstond liepen die te hoop en tot hun verbazing hoorde iedereen hen spreken in zijn taal.

Zij waren buiten zichzelf en zeiden vol verwondering: 'Maar zijn allen die daar spreken dan geen Galileeërs?

Hoe komt het dan dat ieder van ons hen hoort spreken in zijn eigen moedertaal?

Parten, Meden en Elamieten, bewoners van Mesopotamië, van Judea en Kappadocië, van Pontus en Asia,

van Frygië en Pamfylië, Egypte en het gebied van Libië bij Cyrene,

de Romeinen die hier verblijven, Joden zowel als proselieten, Kretenzen en Arabieren,

wij horen hen in onze eigen taal spreken van Gods grote daden.'

Allen waren buiten zichzelf, wisten niet wat ervan te denken en zeiden tot elkaar: “Wat zou dit betekenen?” 

Maar anderen zeiden spottend: “Ze zijn zich aan zoete wijn te buiten gegaan.” 

Petrus trad naar voren met de elf en verhief zijn stem om het woord tot hen te richten:

“Gij allen, joodse mannen en bewoners van Jeruzalem, weet dit wel en luistert aandachtig naar mijn woorden. 

Deze mensen zijn niet dronken zoals gij veronderstelt, het is immers pas het derde uur van de dag.

Maar hier gebeurt wat door de profeet Joel gezegd is: Het zal geschieden in de laatste dagen, zegt God,

dat Ik mijn Geest zal uitstorten over alle mensen: Uw zonen en dochters zullen profeteren,

uw jonge mannen visioenen zien, de ouderen onder u zullen droomgezichten ontvangen, 

ja zelfs over mijn dienaars en dienaressen zal Ik in die dagen mijn Geest uitstorten en ze zullen profeteren. 

Wondere dingen zal Ik laten zien aan de hemel boven en tekenen op de aarde beneden,

bloed en vuur en walmende rook; de zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed,

voordat de dag des Heren komt, groot en heerlijk. 

Dan zal het geschieden, dat ieder die de naam des Heren aanroept, gered zal worden

 

Handelingen 2, 1-21

 

 

Bibliodrama:

Doelen

Belevingen van de leerlingen van Jezus na zijn dood trachten te doorleven.

De ervaring van inspiratie door de H Geest belevend verkennen.

De ervaring van ‘naar buiten komen’ en ‘het woord voeren’ in aanzet doorleven.

De vraagstelling van de werkvorm: ‘het interview’ verkennen en als oefening uitproberen in het begeleiden van elkaar.

De betekenis en werkzaamheid van het dubbelen leren kennen en uitproberen in het begeleiden van elkaar.

 

 

Spelverloop

 

1. Bijbeltekst lezen

 

2. Doelen en werkwijze toelichten

 

3. Spelruimte opbouwen

De spelers worden uitgenodigd om met de aanwezige materialen in de ruimte (zitcilinders, luiken en doeken) de’ bovenzaal’ waar de apostelen en de vrouwen verbleven symboliserend vorm te geven.

 

4. Rolinleving

De spelers worden gevraagd zich in te leven in één van de rollen: Petrus, Johannes, Jakobus, Andreas, Filippus, Tomas, Bartolomeus, Matteüs, Jakobus, Simon de IJveraar, Judas de broer van Jakobus, de vrouwen, Maria de moeder van Jezus, zijn broeders

en plaats te nemen in de symbolische ruimte.

In of bij die ruimte worden ook een aantal  niet aangestoken lichtjes gezet (kandelaars, theelichtjes, lampjes…)

De spelers worden uitgenodigd er eentje voor zichzelf uit te kiezen.

 

De spelers worden kort ‘geïnterviewd’: om zich in de verhaalrol in te leven. Er wordt o.a. gevraagd naar wie ze zijn, wat ze hier doen, hoe ze zich voelen na Jezus, hoe ze terugkijken op het gebeuren, waarop ze hopen, waarvan ze dromen…

 Meer informatie over rolinleving: >> Zie Werkvorm Rolinleving

4. Interactie

De apostelen en de vrouwen worden uitgenodigd aan elkaar te vertellen of ze nog een toekomst zien en wat voor een toekomst.

 

Meer informatie over het begeleiden van de 'interactiefase' zie Boek Bibliodrama begeleiden: >> Zie Boeken

 

5. Neerdaling van de H. Geest

De begeleider leest het betreffende fragment uit het Pinksterverhaal

Plotseling kwam uit de hemel een gedruis alsof er een hevige wind opstak en heel het huis waar zij gezeten waren was er vol van.

Er verscheen hun iets dat op vuur geleek en dat zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen neerzette.

Zij werden allen vervuld van de heilige Geest

 

De begeleider brengt ook een grote brandende kaars binnen in de ruimte van de spelers

De spelers worden uitgenodigd te reageren op het verhaal gebeuren.

Door mogelijk uiting te geven aan hun beleving, ervaring…

Door hun licht al dan niet aan te steken…

Door zich al dan niet vervuld te weten van de H. Geest…

Door binnen te blijven of naar buiten te treden…

Door naar elkaar toe te vertellen wat er door hen heen gaat, wat ze ervaren en willen doen…

De begeleider ondersteunt dit spelgebeuren met gerichte vragen en met de vaardigheden uit de 'interactiefase'

Hij begeleidt inhoudelijk door aspecten van het verhaal binnen te brengen als een mogelijkheid voor de spelers

 

6. Het ontrollen van de personages en de voorwerpen

Na het spel volgt het ontrollen van de spelers, van de lichtjes en van de opgebouwde ruimte

 

7. Uitwisseling

Vertellen over de eigen belevingen en overdenkingen in de rol tijdens het spel

Eigen associaties vertellen vanuit het spel van de anderen

Eigen levenservaringen koppelen aan de gespeelde rol of spelsituatie

De eigen verhouding tot de H.Geest beschouwen vanuit de eigen uitspraken in het spel.

 Meer informatie over uitwisseling: >> Zie Begeleiden Uitwisseling

 

​8. Het verhaal wordt herlezen als afronding

 

Bijbeldans: Ruach Elohim

Het bibliodramaspel kan ritueel bijkomend uitdrukking krijgen, of neergelegd worden met een dans rondom ‘het waaien van de geest’.

 

Choreografie: Sergio Malqui

Betekenisgeving

De muziek is een joods-christelijke mantra. Ruach betekent: Levensadem, lucht, wind  en geestkracht. Elohim betekent God, Goden.

Het waaien van goddelijke geestkracht…

In de dans wordt het waaien van de geest, van de wind en de levensadem symbolisch uitgebeeld door het waaien van de handen en de armen. Geestkracht van onder uit, vanuit de aarde naar boven, vanuit de mens naar het midden, het aanwezige, het wezenlijke…

Geestkracht van boven uit, vanuit het hemelse, vanuit de lucht, van buiten, mens overstijgend.

 

Dansbeschrijving

1. De dansers staan met de handen verbonden (V vorm). Op de danslijn drie stappen, daarna terugveren (rechts links rechts, naar achter veren steunend op links)  daarna rechts vooruit, links vooruit rechts vooruit maar de voet dwars op de danslijn, het gezicht naar het midden keren en wiegen op de linkervoet die ook dwars op de danslijn komt te staan.

2. Naar het midden twee stappen rechtop dan 1 stap  lichtjes door de knieën gebogen en de armen naar het midden toezwaaien als een waaiende wind en weer terugverend op links even terug recht opkomen, armen naar achter om dan weer gebogen, door de knieën de armen naar voren waaien. Dan twee stappen naar achter.

3. Wieg recht, wieg links, en kruis rechts over links en draai rondom de eigen as. Dan de handen weer verbinden. Variatie: Wieg rechts wieg links sta stil en waai met de handen en de armen in een wijde boog boven jezelf uit  vanuit de handen samen voor het lichaam, samen naar boven heffen en naar buiten toe uitwaaien. Dan verbinden.

4. Herhaal 1.

5. Achterwaarts naar achter stappen, twee stappen en op de derde stap, achterwaarts en weer voorwaarts veren. de handen zijn hoog boven het hoofd geheven en waaien als de wind, eerst achterwaarts, dan voorwaarts,  en dit verend twee maal. Dan twee stappen naar het midden.

6. 3. Herhalen en 1. Herhalen Variatie bij 3. Wieg rechts wieg links, sta stil en waai met de handen en de armen in een wijde boog boven jezelf uit,  in een wijde boog de armen naar boven en samen terugkeren voor het lichaam. Dan weer verbinden.

 

DansVariatie:

Elke tweede danser in de danscirkel danst naar het midden terwijl dansers nr. 1. naar achter danst.

Dansers nummer 2 dansen: 1. - 2. - 3. - 4. - 5. - 6.

Terwijl dansers nr. 1. deze volgorde dansen: 1.- 5. -3.- 4. -2.- 6.

 

Dans in beeld

https://www.youtube.com/watch?v=8B_3A9gM9E8

RUACH, Danza Circular, Argentina Bailando en Festival de Verano 2021, Villa Giardino, Argentina

 

Muziek

Helge Burggrabe,

https://www.youtube.com/watch?v=1Tf4ECDPpzc

images.jpeg
bottom of page