Bibliodrama
VERHALEN
Eens gaf Jezus onderricht
in de synagoge
Daar bevond zich een vrouw
die al achttien jaar leed
onder een geest
die haar ziek maakte
Ze liep krom
en was niet in staat
zich op te richten
Jezus zag haar
en sprak haar aan.
“Vrouw”, zei hij,
“u bent van uw kwaad verlost”
Hij legde haar de handen op
en onmiddellijk
rechtte ze haar rug
en ze prees God
Lucas 13, 10-13
Overwegingen voor zorggevenden
Het bijbel verhaal van de genezing van de kromgebogen vrouw (Lucas 13, 10-13) bevat zeer veel ingrediënten van de verhouding tussen zieke en verzorgende, patiënt en verplegende.
Analyseer regel per regel het verhaal en vindt veel verbindingen en daarmee ook bijkomende spelvormen.
Meerdere standaardwerkvormen (zie Werkvormen ) zijn hierop eveneens van toepassing.
-
Onderricht geven (of welke andere taak ook)... en toch een zorgbehoevende zien.
-
Een langdurig zieke vrouw (bedlegerige, psychiatrische patiënten, ongeneeslijk zieken, gehandicapten... Iemand die er door kromgebogen loopt (niet meer recht komt, tot haar recht komt, die niet meer recht gedaan wordt, die niet meer op kan kijken, de verbinding tussen hemel en aarde kan maken....)( wat maakt dat iemand kromgebogen is, welke overlast draagt ze en hoe wordt ze aanzien, als een onaanzienlijke? is ze niet om aan te zien? Wordt ze niet aanzien en ook niet aangesproken, als mens bezien? (want eerder dier, bijna weer op handen en voeten)
-
Jezus ziet de vrouw, ziet haar staan, ziet haar situatie. (hoe) zie je naar je patienten om, beschouw je hen als persoon, als nummer, als werk...)
-
Jezus spreekt haar aan: hoe spreek je met zieken, patiënten…, kijk je die aan, is dat tussen het verversen door, terwijl je alle noodzakelijke handelingen verricht...sta je stil, kijk je aan, ga je erbij zitten...
-
Jezus spreekt een helend woord, het woord richten tot iemand die onaanzienlijk is, is zo wie zo helend, genezend.
-
Ze wordt aangesproken als vrouw, niet als kromgebogene, hoe worden patiënten bezien? Als drager van een bepaald probleem, ziektebeeld...of als persoon (ondanks het ziektebeeld) Hoe verlossend kan dat zijn (om als persoon aangesproken te worden en niet op ziekte zoals in al die verhalen: blindheid, verlamdheid, melaatsheid....)
-
Hij legde haar de handen op: Hoe en op welke wijze raak je als verpleegkundige je patiënten aan? Enerzijds de gewone, technisch verplegende handelingen, hoe stel je die, wat leg je er in? Hoe benader je de patiënt als mens, welke aanrakingen stel je, welke grenzen, wat geeft de opleiding aan, wat de deontologie, wat heeft de mens nodig, wat wil jij bieden, wat roept je geweten, welke oproep lees je in dit verhaal????
-
Aanraking als taboe in onze maatschappij? Ziek(t)e en afzondering van de gemeenschap? Handen opleggend heeft ook iets van vertrouwen wekken, hoop voor de toekomst aanreiken, iets genezend en zalvend, een heling, verwijzend naar uiteindelijke heelheid, iets religieus, iets godsdienstig hier ook wel. Aanraken is wezensnoodzakelijk om als mens te kunnen leven. (suggesties bij ‘Aanraken en aangeraakt worden’
-
En zij stond recht overeind: recht en overeind drukken beide het zelfde uit en versterken dus elkaar, dat is wat mogelijk gebeurt als je de voorgaande daden stelt, dat is de belofte van het verhaal, enkel te beleven als een mogelijk surplus op je handelingen, de toemaat, het mogelijk gevolg, de genadigheid (van Godswege?) Hoe ervaar je het als mens om zelf rechtop te komen, recht te komen na verdrukking, je eigen veerkracht op de proef gesteld..
-
Ze dankt God: ze dankt niet Jezus, niet de genezer, de helper, niet de wet, niet de regel.... Dit gebeuren wat deze vrouw overkomt, had ze nooit verwacht uit mensenhanden te ontvangen, 18 jaar is haar het tegendeel overkomen, dit verwijst naar waarvoor een mens bedoeld is als hem, haar gerechtigheid geschied, tot haar recht mag komen, recht komen, in aanzien, in gesprek, in aanraking... Welk Godsbeeld verschijnt hier? Een medelijdende god, een solidaire god, een omziende god, een barmhartige god, een god de vader, de moeder, een helende god…..
Suggesties voor bibliodrama:
Bij dit verhaal zijn vele werkvormen mogelijk, zoals een rolinleving, een roldoorleving, een ontmoetingsspel, een koor, een dialoogspel....
Meer uitleg over deze werkvormen vind je bij Werkvormen
Uit bovenstaande analyse blijkt hoeveel inhoudelijke aspecten uit het verhaal kunnen verkend worden.
De werkwoorden doorleven.
>> zie Werkvormen: Werkwoorden
De werkwoorden uit een tekst geven het gebeuren aan, de bewegingen. Ze reiken handelingswijzen aan. Bewerkstelligen veranderingen... Door deze werkwoorden lijfelijk te verkennen leren we ons handelingsmogelijkheden eigen maken, verkennen we nieuw gedrag.
Boeiende werkwoorden uit de tekst zijn: Onderrichten, zich ergens bevinden, lijden onder een ziekmakende geest, krom lopen, zich niet kunnen oprichten, iemand aanspreken, aangesproken worden, een verlossend woord uitspreken, van kwaad verlost worden, handen opleggen, opgelegd krijgen, rechtkomen, God prijzen...
Je kan de werkwoorden spelen: (doe woorden: die zorgen voor 'wondere' handelingen)( van 'wonde' naar 'wonder').
de handelingen die je kan stellen aan zieken, gehandicapten, ouden van dagen…
De eigen omgangsvormen verkennen, verdiepen, inoefenen…
De omgangsvormen van anderen zien… Gelijkenissen en verschillen ervaren. De belevingen daarbij uitspreken.
Zelf ervaren hoe het voelt ‘behandeld’ te worden… De verschillen ervaren in benadering.
Omzien naar iemand die kromgebogen is:
Hoe kijk je, hoe ontmoet je, benader je….hoe voelt het om bekeken te worden, of hoe dat er naar je wordt omgezien
Het moment van aanspreken meermaals proberen uit te werken en de verschillen in aanpak zien,
Hoe raak je iemand aan, troostend, ondersteunend, aanmoedigend, verzorgend, als mens, diagonaal evenwaardig...?
Verschillende houdingen bij jezelf, bij anderen verkennen, uitproberen.
Lees ook onderstaande overwegingen bij het verhaal.
Een vrouw die al achttien jaar bezeten was door een geest die haar ziek maakte. Ze is in bezit genomen door een geest, een sfeer, een levensomstandigheid waardoor ze wordt kromgebogen, niet meer recht komt, tot haar recht komt, niet meer recht gedaan wordt, niet meer op kan kijken en de verbinding tussen hemel en aarde kan maken....
Jezus spreekt een helend woord: Het woord richten tot iemand die door het leven kromgebogen is, werkt helend, genezend. Ze wordt aangesproken als vrouw, niet als kromgebogene.
Hij legde haar de handen op: Jezus spreekt niet alleen, hij stelt weldadige handelingen. Aanraken en handen opleggen heeft iets van vertrouwen wekken, hoop voor de toekomst aanreiken, iets genezend en zalvend, een heling, verwijzend naar uiteindelijke heelheid, iets religieus, iets godsdienstig ook wel.
Ontmoetingsspel
Speel met z’n tweeën de scène na. Laat je mogelijk door de bijgaande afbeeldingen inspireren.
Leef je in als kromgebogen vrouw (of man), die wordt aangesproken, aangeraakt en zich opricht.
Leef je in als Jezus die de vrouw ziet, haar aanspreekt en aanraakt.
Tracht je rol goed te doorleven en geef aandacht wat dit met je doet.
Wat voel je, word je gewaar, bedenk je, overweeg je…bij dit gebeuren?
Vertel aan elkaar. Welke eigen ervaringen komen bij je boven?
Speel het een tweede maal en verwissel daarbij van rol, van bijbelfiguur.
Voor de uitwerking: >> zie Werkvormen: Ontmoetingsspel
Slotuitwisseling
Welke belevingen zijn je bijgebleven?
Wat heeft je geraakt in de gedachten, de woorden, de handelingen van de ander?
Hoe heb je de gelijkenissen en verschillen ervaren?
Overwegingen voor Leerkrachten
Het bijbelverhaal van de kromgebogen vrouw bevat regel per regel ingrediënten voor een kwaliteitsvolle verhouding tussen leerling en leerkracht.
- Jezus geeft onderricht... en ziet toch een zorgbehoevende, een langdurig zieke vrouw.
Hoeveel zie je als leerkracht van wat er gebeurt in je klas, van wat er onderhuids aan de hand is?
- Een vrouw die al achttien jaar bezeten was door een geest die haar ziek maakte
In bezit genomen door een geest, een sfeer, een levensomstandigheid waardoor ze wordt kromgebogen, niet meer recht komt, tot haar recht komt, niet meer recht gedaan wordt, niet meer op kan kijken en de verbinding tussen hemel en aarde kan maken.... Wat maakt dat iemand kromgebogen is, welke overlast draagt ze en hoe wordt ze aanzien, als een onaanzienlijke? Wordt ze niet aanzien en ook niet aangesproken, als mens bezien? Is ze niet om aan te zien?
Ken je als de levensomstandigheden van kinderen, jongeren in je klas? Weet je waardoor ze kromgebogen worden, ze niet tot hun recht komen… Wat in de klas, in de school maakt hen mede tot kromgebogene? Som eens een reeks situaties op die je van kinderen, jongeren kent die hen op één of andere wijze tot kromgebogene maken.
Bijvoorbeeld: een leerling met aanslepende leerproblemen vb dyslexie, dyscalculie, ADHD, ADD, HSP, faalangst, autisme… een leerling met achterstand, uit kansarmoede of sociaal gedepriveerd, een uitgesloten leerling, gepeste, vereenzaamde… Een leerling in echtscheiding, ziekte, overlijden of vol ruzie, hartpijn, frustratie, woede…
- Jezus ziet de vrouw, ziet haar staan, ziet haar situatie.
Hoe kijk je als leerkracht naar leerlingen, naar jongeren, beschouw je hen als persoon, als nummer, als werk… Zie je hen in hun ontwikkeling, evolutie, kwetsbaarheid, betrachtingen, welwillendheid...
- Toen Jezus haar zag, riep hij haar bij zich. Jezus ziet, doorziet niet alleen de situatie. Hij gaat er ook op in. Wat doe je als leerkracht als je ziet wat er aan de hand is? Reageer je ogenblikkelijk, na enige tijd, na het lesgebeuren, via doorverwijzing (klasleerkracht, vertrouwensleerkracht e.a.), afwachtend, niet je taak…
- Jezus spreekt de vrouw aan: Hoe spreek je met jongeren, kijk je die aan, is dat tussen het regelen en afspreken door, terwijl je alle noodzakelijke handelingen verricht... terwijl je tussen de andere jongeren staat, terwijl iedereen mee volgt en betrokken is, eerder apart genomen, in een gesprekslokaal, sta je stil, kijk je aan, ga je erbij zitten...
- Jezus spreekt een helend woord: Het woord richten tot iemand die onaanzienlijk is, werkt zo wie zo helend, genezend. Ze wordt aangesproken als vrouw, niet als kromgebogene. Het woord dat Jezus spreekt is weldadig, werkzaam, heilzaam, genezend…
Hoe spreek je zelf de jongeren aan? Als drager, veroorzaker van een bepaald probleem, als eigen schuld dikke bult, als arme sukkel, vanuit medelijden, gericht op het ziektebeeld, als persoon (ondanks het ziektebeeld)… Hoe heilzaam en weldadig is dan je woord? Is het troostend, veralgemenend, sussend, suggestief, samen zoekend, alwetend, helpend, doorverwijzend, stimulerend, ondersteunend…
- Hij legde haar de handen op: Jezus spreekt niet alleen, hij stelt weldadige handelingen. Aanraken en handen opleggen heeft iets van vertrouwen wekken, hoop voor de toekomst aanreiken, iets genezend en zalvend, een heling, verwijzend naar uiteindelijke heelheid, iets religieus, iets godsdienstig ook wel.
Hoe en op welke wijze raak je als leerkracht je kinderen, je jongeren aan? Welke handelingen stel je? Hoe stel je die? Wat leg je er in? Hoe benader je de leerling als persoon, welke aanrakingen stel je, welke grenzen. Wat geeft de opleiding aan, wat de school en wat de deontologie? Wat heeft de leerling nodig? Wat wil jij bieden, wat roept je geweten, welke oproep lees je in dit verhaal? In welke mate is dit handelen voor jou als (godsdienst)leerkracht: een helend, genezend, religieus en of godsdienstig handelen. Hoe zou jij je handen gebruiken? Wat trachten die handen dan te vertellen? Wat trachten ze te bewerkstelligen? Welk effect hebben ze op de jongeren?
- En zij stond recht overeind: Recht en overeind drukken beide het zelfde uit en versterken dus elkaar, een typisch bijbels procedé, wat we ook in onze taal wel kennen. Het effect op de kromgebogene, m.n. dat ze recht komt, dat is wat mogelijk gebeurt als je de hele voorgaande reeks daden stelt. Dat is de belofte van het verhaal, enkel te beleven als een mogelijk surplus op je handelingen, de toemaat, het mogelijk gevolg, de genadigheid (van Godswege)?
Niet elk schouderklopje werkt bemoedigend, troostend, of helend. Soms is het een sussen, een ontkennen, een vorm van wegsturen… of wordt het zo ervaren. Volg je ook het effect van je handelen op? Hoe volg je dat op, hoe beleef je dat als leerkracht, hoe kijk je er naar…
- Ze dankt God: Ze dankt niet Jezus. Niet de wet, niet de regel... Dit gebeuren wat deze vrouw overkomt, had ze nooit verwacht uit mensenhanden te ontvangen, 18 jaar is haar het tegendeel overkomen. Wat doet het je als leerkracht wanneer je geen bedanking krijgt, als je zelf niet wordt geprezen en het bedanken gaat naar een ander, verder doel… Situeer je jezelf en je helend handelen in een groter plan? Hoe passen aanrakingen en troostende handen daar in?